Schooljaar 24-25 wordt een schrijfjaar

Soms denk je ineens dat je de tijdgeest voelt. Je denkt bijvoorbeeld dat er iets aan het veranderen is in het onderwijs. Het zou een ‘bubbel’-effect kunnen zijn, in deze algoritmische tijd niet ondenkbaar: in de media alsmaar geconfronteerd worden met je eigen belangstelling, en dan denken dat iedereen datzelfde denkt, weet of doet. Toch durf ik dat sinds het afgelopen jaar te betwijfelen. Ik heb de laatste maanden zoveel scholen gesproken, verspreid over het hele land, die mij vertellen dat ze schrijven willen gaan oppakken en verbinden met lezen en de zaakvakken, dat het geen toeval of bubbel meer kan zijn. Er is een nieuwe wind gaan waaien in het basisonderwijs. Eentje die lezen en schrijven weer samen naar het centrum van het onderwijs blaast. De nieuwe kerndoelen taal wakkeren dat nog verder aan. Dus waar wachten jullie nog op?

Aan de start van het nieuwe schooljaar wil ik leerkrachten die nog aarzelen aanmoedigen om dit jaar gewoon te beginnen met volledig vernieuwd schrijfonderwijs. Je hoeft niet te wachten op grootschalige scholingstrajecten of toestemming van de directie. Het kan gewoon beginnen in je eigen groep. Ik sla mijn gebruikelijke vakantie-schrijf-ideeën over (voor wie daarnaar op zoek is: kijk in het menu naast mijn blog onder het kopje ‘schrijven over de vakantie’ of bij de linkjes onderaan deze post) en geef enkele tips voor wie dit jaar het roer wil omgooien door schrijven een serieuze plek te geven in het onderwijs.

Tip 1 – Kies niet tussen lezen of schrijven maar verbind ze binnen je thema’s. Lezen staat terecht overal in het centrum van de aandacht. Het is hoog tijd om te stoppen met het oude (begrijpend) leesonderwijs, dat geen goede lezers heeft afgeleverd. Dat is op bijna alle scholen doorgedrongen en er wordt hard gewerkt aan meer tijd voor actief lezen gericht op de inhoud van teksten, binnen thema’s en onderwerpen waaraan langere tijd gewerkt wordt. Is er dan nog genoeg tijd over voor schrijven? Niet als je schrijven beschouwt als een apart vak op het rooster. Wel als je schrijven opneemt in de verwerking van de kennis die kinderen bij lezen en bij de zaakvakken opdoen. Zet lezen op 1, maar laat schrijven daar standaard direct op volgen en sla het niet over. Kinderen die schrijven gaan steeds bewuster lezen.

Tip 2 – Laat ze zoveel mogelijk schrijven. Schrijven kan op verschillende manieren. Heel kort, gericht op denken, zoals bij aantekeningen maken, schriftelijk brainstormen, zinnen uitbreiden, (teken)lijstjes en schema’s maken, vragen of antwoorden opschrijven, observaties, gedachten en associaties noteren, bijschriften bij afbeeldingen maken, woorden verzamelen. Of langer, gericht op het afmaken van een hele tekst en het werken met versies. Dat is allemaal schrijven, en zo moet je het ook benaderen en benoemen. Kinderen doen ervaring op met verschillende tekstvormen en schrijfdoelen, en kunnen leren om die steeds beter te benutten voor wat ze willen, als jij ze zoveel mogelijk laat schrijven en met ze praat over aanpak en resultaat.

Tip 3 – Benader schrijven pedagogisch en didactisch . Schrijven is niet alleen een vaardigheid, maar ook een manier van jezelf als persoon ontwikkelen. Een goede schrijfleerkracht is zich daarvan bewust en benadert schrijven dus niet uitsluitend als iets dat je ‘onder de knie moet krijgen’. Op de basisschool is het van groot belang om te luisteren naar wat kinderen te zeggen hebben en te lezen wat ze bedoelen. Leer jezelf zoeken naar de denk- en gevoelswereld die achter hun teksten zit, en oefen je in het vriendelijk daarnaar vragen. Alleen langs die weg kan schrijven voor kinderen en jongeren een waardevolle betekenis krijgen. Taalrondes over ervaringen zijn een prima werkwijze om voeling te krijgen met de pedagogische kant van schrijven. Ze kunnen nu en dan in de plaats komen van ‘gewone’ kringgesprekken.

Tip 4 – Ontwerp zelf alle schrijfopdrachten. Werk de schrijflessen uit de taalmethode de deur uit en ontwerp zelf alle schrijflessen! Dat klinkt moeilijk, maar besluit gewoon dat het niet moeilijk is. Geef jezelf de ruimte om te onderzoeken wat werkt en wat niet, en dus ook om te mislukken. Als je schrijven integreert in de thema’s waarmee je bezig bent, moet je voor goede schrijfopdrachten nadenken over 1) over welk deelonderwerp hebben de kinderen voldoende kennis op het moment van schrijven , 2) welke tekstsoorten of schrijfdoelen passen bij het onderwerp waar we nu mee bezig zijn, 3) wat is belangrijk voor hun schrijfontwikkeling op dit moment, 4) waar zullen ze op aanslaan, 5) welke voorbeelden, instructie en begeleiding zijn nodig voor het kunnen uitvoeren van de opdracht. Je kunt gebruikmaken van het boek Wat een goede tekst! om te kiezen uit verschillende genres en de daarbij horende criteria.

Tip 5 – Stop met nakijken maar lees en bespreek kinderteksten. Stop vanaf vandaag met het nakijken van kinderteksten en ga jezelf oefenen in het leiden van goede, korte, gerichte tekstbesprekingen van eerste versies. Zie voor aandachtspunten met betrekking tot de didactiek mijn vorige blog en mijn boek Iedereen kan leren schrijven. Tekstbesprekingen horen bij elke schrijftaak, en hoe vaker je ze doet hoe beter jij en de kinderen erin worden. De grootste valkuil is dat je ze te lang laat duren. Oefen jezelf in het aanbrengen van focus op een of twee belangrijke criteria voor de tekst, houd het klassikale deel kort en vermijd volledigheid. Controleer steeds of iedereen de bespreking kan volgen en geef naderhand hulp bij kinderen die dat nodig hebben als ze zelfstandig (in tweetallen) teksten gaan bespreken.

Tip 6 – Begin klein. Stel jezelf ten doel om kleine schrijfopdrachten te bedenken. Dat kan gaan om ‘denkschrijven’: korte schrijfwerkvormen die bedoeld zijn om (bijvoorbeeld ter verdieping van lezen) het denken te stimuleren en om gesprekken aan te jagen, maar het kan ook gaan om het produceren van een korte, complete tekst in twee lessen van maximaal 45 minuten: één schrijfles en één tekstbesprekingsles. Maak de opdracht niet te moeilijk en varieer in genres; niet alleen maar verhaaltjes of vertellingen, maar ook feitelijke en eenvoudige waarderende teksten. Bedenk daarbij of het genre past bij wat kinderen geleerd hebben en welke, liefst korte, instructie daarbij onmisbaar is. Kleine leseenheidjes van gecombineerd lezen en schrijven over een niet te breed onderwerp zijn een goede manier om het schrijfonderwijs in de vingers te krijgen.

Tip 7 – Zorg dat je plezier hebt. Om van je groep een positieve schrijfgemeenschap te maken, is jouw enthousiasme onmisbaar. Als je elke kindertekst beschouwt als een oprechte poging van een kind om iets uit te drukken, als je nieuwsgierig bent en blijft naar wat kinderen bedoelen, als je laat zien hoe blij je bent met elke poging om dat te verduidelijken en om teksten te verbeteren, en vooral: als je steeds zelf meedenkt en meeschrijft met je kinderen, zullen schrijflessen veel meer gaan opbrengen dan de plichtmatige invullesjes uit de taalmethode. Probeer zelf ook iets te leren van elke schrijfles die je geeft. Ook daar kan je morgen mee beginnen.

Tip 8 – Bouw geleidelijk een leerlijn op. Positieve ervaringen in de klas zijn het beste startpunt voor verandering in de school. Je begint in je eigen groep. Dat gaat alleen beklijven als je je ervaringen deelt met je collega’s, en als zij door jouw voorbeelden besmet raken en ook gewoon beginnen. Geleidelijk krijg je dan behoefte aan afspraken over schrijfonderwijs in je team, net zoals jullie misschien al gemaakt hebben voor het leesonderwijs. Je wilt weten op welke manier je kunt waarborgen dat de kinderen zich gedurende hun schooltijd voldoende ontwikkelen in schrijfvaardigheid. Je wilt een soort leerlijn om je lessen aan te kunnen ophangen. Maar de behoefte aan schoolbrede plannen (en steun van de directie) moet je niet weerhouden om in je groep gewoon te beginnen met schrijven. Een leerlijn schrijfvaardigheid vormt zich geleidelijk in elke school, gekoppeld aan thematisch (zaakvak)onderwijs en met steun van de nieuwe kerndoelen.

Tip 9 – Lees je in, samen met collega’s. Een belangrijke tip is: vorm een of meer leesgroepjes met collega’s, om samen te lezen en te leren over de principes van goede schrijfdidactiek, die immers al zo lang bekend zijn. Je kunt afspreken om steeds korte stukjes uit belangrijke boeken te lezen en te bespreken. Je kunt ook zelf steeds een stukje lezen over iets waar je je vorige les tegenaan gelopen bent. Zo kan je elke keer iets bijleren over bijvoorbeeld goede onderwerpen, verschillende genres, het formuleren van schrijfopdrachten, het voorbereiden van schrijven, het begeleiden van schrijvende kinderen, het klassikaal en in tweetallen bespreken van tekstversies, het omgaan met feedback en het beoordelen van teksten. Hieronder vind je een literatuurlijstje met linkjes.

Veel plezier en succes dit jaar!

Vakliteratuur

  • Iedereen kan leren schrijven. Schrijfplezier en schrijfvaardigheid in het basisonderwijs. (2024)
  • Wat een goede tekst! Gids voor schrijven in tien genres voor het basisonderwijs. (2022)
  • Speelse toewijding. Een pedagogisch-didactische aanpak voor betekenisvol schrijfstijl- en formuleeronderwijs. (2023)
  • Maak er geen punt van! Feedback geven op schrijfproducten. (2021)
  • Praktische didactiek voor geïntegreerd zaakvakonderwijs. (2022)
  • Schrijfonderwijs op peil. Handreiking voor leerkrachten in de midden- en bovenbouw van het (speciaal) basisonderwijs. (2020)
  • Rijke taal. Taaldidactiek voor het basisonderwijs. (2020)
  • Opdat wij schrijven. Herinrichting van het schrijfonderwijs nu. (2024)

Meld je hier aan voor een inspiratieworkshop over schrijfdidactiek op 25 september a.s. in Amsterdam van 15.30 tot 17 uur

Blogs over schrijven over vakanties 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.